Ben je geïnteresseerd in zonnepanelen of heb je zonnepanelen en ben je onzeker wat er gaat gebeuren met de invoering van de digitale meter dit jaar? De nieuwe Vlaams minister van Energie, Lydia Peeters, wil eigenaars van zonnepanelen garanderen dat ze hun rendement zullen behouden.

Lydia Peeters - Sunlogics

Bron: www.lydiapeeters.be

Gisteren, 9 januari, legde de Limburgse Lydia Peeters de eed af als Vlaams minister van Begroting, Financiën en Energie. Ze treedt tot de verkiezingen van mei in de voetsporen van partijgenoot Bart Tommelein, die burgemeester van Oostende werd.

Lydia Peeters krijgt bij haar aantreden meteen een delicaat energiedossier op haar bord. Elke Vlaamse woning krijgt op termijn een digitale elektriciteitsmeter, maar het is nog niet duidelijk hoe de eigenaars van zonnepanelen hun rendement kunnen behouden als zij zo’n meter installeren.

Wie vandaag zonnepanelen bezit, ziet zijn elektriciteitsteller terugdraaien als de zonnepanelen stroom op het net zetten. Als er ongeveer evenveel op het net wordt gezet als verbruikt, registreert de teller bijna niets en betalen de eigenaars weinig voor hun verbruik en de bijbehorende taksen die het grootste deel van de elektriciteitsfactuur uitmaken. Bij een digitale meter worden de productie en het verbruik apart geregistreerd. De teller draait dus niet meer terug, waardoor de rendabiliteit van de investering in zonnepanelen in gevaar komt.

Zonnepanelen blijven rendabel

Peeters wil daarom zo snel mogelijk met de energieregulator aan tafel gaan zitten. ‘We hebben de transitie naar groene energie nodig. Als we de slimme meter uitrollen, moeten we de eigenaars van zonnepanelen de garantie kunnen geven dat hun investering rendabel blijft. We moeten als overheid betrouwbaar zijn. Bart Tommelein heeft de hernieuwbare energie gestimuleerd en ik wil in zijn voetsporen treden. Sinds men weet dat ik de nieuwe minister word, hebben al heel veel ongeruste burgers me daarover gecontacteerd. Die digitale meter moet er komen, maar niet ten koste van de investeringen in zonnepanelen.’

Bron: De Tijd